“Tante Júnia, wil jij mijn moeder zijn?” las ik op het vodje papier dat Maria José (11) in m’n handen drukte. De tranen sprongen in m’n ogen! Het is niet verwonderlijk dat Maria José graag een andere moeder zou willen hebben: haar moeder houdt niet van haar kinderen. Waarschijnlijk heeft er ook nog nooit iemand van háár gehouden. Maria José woont met haar familie, bestaande uit 9 personen, in een hut met slechts één vertrekje: moeder, de man met wie ze sinds kort samenwoont, een alcoholist, en 7 kinderen. Moeder, haar man en twee kinderen slapen op het enige eenpersoonsbed in het vertrekje. De overige vijf kinderen liggen op een oud matras op de vloer. Maria José is zó gelukkig dat zij dagelijks naar het jeugdvormingscentrum mag en haar jongere broertjes en zusjes naar het semi-internaat! Deze verwaarloosde kinderen drinken onze liefde en zorg in. Pas kwam Maria José huilend naar me toe: “Tante Júnia, mijn moeder houdt meer van die man dan van ons, ze slaan ons! Mijn broertje heeft al een mes gepakt om zich te verdedigen tegen die man. En mijn moeder kiest altijd zijn kant!” We bidden met Maria José voor haar familie, en vertellen haar dat God macht heeft om haar leven en dat van haar familie te veranderen. Om de liefde van God voor dit gezin handen en voeten te geven, gaan we een huisje voor hen bouwen. We zijn ons er van bewust dat God door onze houding en liefde het leven van zovele Maria’s en hun gezinnen kan veranderen. Mijn wens is dat God onze en uw harten zal vervullen met liefde voor hen!
Júnia Lemos Pereira – Hoofdleidster van het Jeugdvormingscentrum in Rio Vermelho
Foto van Maria José, (met rood truitje aan)