We hebben een advocaat
Als je verwikkeld bent in een rechtszaak, heb je vaak een advocaat nodig die voor je pleit. De advocaat verdedigt jou. Ook Job wist, zelfs in de momenten van angst en lijden: “Maar nog heb ik in de hemel mijn getuige, nog heb ik daar mijn pleitbezorger.” (Job 16:19) Job vertrouwde, ondanks zijn lijden, op Gods ultieme gerechtigheid.
De auteur van Psalm 119 zegt ook in vers 154: “Voer mijn rechtszaak en verlos mij; maak mij levend overeenkomstig Uw belofte”. Het woord “pleitbezorger” in de Bijbel verwijst vaak naar de Heilige Geest, algemeen bekend als de 3e persoon van de Drie-eenheid. Bijvoorbeeld Johannes 16:7: “Maar dit is de waarheid: het is goed voor jullie dat Ik ga, want als Ik niet ga zal de pleitbezorger niet bij jullie komen, maar als Ik weg ben, zal Ik Hem naar jullie zenden.”
De Bijbel is echter heel duidelijk in de stelling dat Jezus onze voorspraak is. Dit is te zien in 1 Johannes 2:1-2: “Kinderen, ik schrijf u dit opdat u niet zondigt. Maar mocht een van u zondigen, dan hebben wij een pleitbezorger bij de Vader: Jezus Christus, de rechtvaardige. Hij is het die verzoening brengt voor onze zonden, en niet alleen voor die van ons, maar voor de zonden van de hele wereld.” In deze tekst wordt Jezus niet alleen voorgesteld als onze verdediger, maar ook als degene die al onze schulden heeft betaald – niet alleen de onze, maar die van de hele wereld.
Jezus komt op voor gekwelden, zondaars, benadeelden, wezen, weduwen, gevangenen, armen, vreemdelingen, kinderen en iedereen die veiligheid of redding nodig heeft. Daarom kwam Hij, gezonden door de Vader, naar de wereld – om onze schuld te betalen (iets dat alleen Hij kon doen) en voor ons op te komen.
In Johannes 20:21 draagt Jezus ons op: “Vrede zij met jullie! Zoals de Vader Mij heeft uitgezonden, zo zend Ik jullie uit.”
We worden geroepen om samen met Jezus op te komen voor iedereen die in nood is. Om naar ons beste vermogen liefde en gerechtigheid te brengen aan onze “naaste” (zoals Jezus duidelijk maakte in de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan), die we niet alleen in woorden moeten liefhebben, maar ook in daden en in waarheid (1 Johannes 3:16-18).
Laten we daarom recht doen aan iedereen die dat nodig heeft.
In Hem verbonden,
Daniël en Silene van Eijk