Tijdens de jaarlijkse ontmoetingsdag van de gemeenten kwam de oude broeder Jovelino op Nico af. “Ik moet een getuigenis geven, want het is vandaag tien jaar geleden dat ik me bekeerde. Ik was hier toen ook, op deze plaats, en God toonde een van de sprekers, dat er iemand onder de aanwezigen was, die een moord wilde plegen. Die man was ik! Ik schaamde me en ik wilde me niet bekendmaken. Ik was helemaal van de wijs! Ik dacht: Wie heeft hem dat verteld? Ik heb er met niemand over gepraat! Ik zeg niks! Maar de broeder hield aan en God werkte in mijn hart. Toen ben ik naar voren gegaan en heb me tot God bekeerd. Hij heeft mijn leven totaal veranderd! Stel je voor, ik was bijna een moordenaar geweest, zo vol van haat en wraaklust was mijn hart! Nu woont Jezus in mij. Ik heb geen haat meer, en mijn vrouw en ik dienen de Heer met blijdschap!”
Nico met Jovelino, terwijl hij zijn getuigenis geeft.